Over de kunstenaar
Lammert van der Tonge (Amsterdam, 24 februari 1871 – Laren, 11 december 1937) was een Nederlandse kunstschilder, geassocieerd met de Larense School. Hij signeerde zijn werken als L. v. d. Tonge.
Lammert van der Tonge werd geboren als zoon van de joodse diamantslijper Levie Lammert van der Tonge (1823-1894) en Elsje Soesman Rudelsheim. Hoewel hij al op jonge leeftijd interesse toonde in tekenen, volgde hij aanvankelijk zijn vaders voetsporen en werd diamantslijper. Hij kreeg echter tekenlessen van Eduard Frankfort en Maurits Niekerk, die hem aanspoorden om zijn artistieke talent verder te ontwikkelen.
Kort na het overlijden van zijn vader slaagde hij voor het toelatingsexamen van de Rijksakademie van Beeldende Kunsten, waar hij tussen 1894 en 1898 werd opgeleid door bekende kunstenaars zoals August Allebé, Carel Dake, Ferdinand Leenhoff en Nicolaas van der Waay.
In 1902 ontving Van der Tonge de prestigieuze Koninklijke Subsidie voor Vrije Schilderkunst. Na periodes in onder andere Drenthe en Gelderland vestigde hij zich uiteindelijk in het Gooi. In 1905 trouwde hij met zijn achternicht Clarence Koster (1878-1943), die werkzaam was als onderwijzeres en vertaalster. Het echtpaar woonde in de kunstenaarskolonie van Laren, waar ze zich omringden met andere kunstenaars.
Van der Tonge specialiseerde zich in olieverfschilderijen van (boeren)interieurs, figuurstudies en portretten. Later in zijn carrière richtte hij zich meer op bloemstillevens. Hij was lid van de Kunstenaarsvereniging Sint Lucas en het prestigieuze Arti et Amicitiae. Vanaf 1899 nam hij deel aan nationale en internationale exposities, waaronder tentoonstellingen van Levende Meesters, Sint Lucas en de Wereldtentoonstelling van 1913 in Gent.
Hij ontving een eervolle vermelding in Santiago (1910) en won een zilveren medaille op de Panama-Pacific International Exposition in San Francisco (1915). In datzelfde jaar organiseerde het Dordrechts Museum een solotentoonstelling van zijn werk.
Ter gelegenheid van het zilveren regeringsjubileum van koningin Wilhelmina in 1923 kreeg Van der Tonge de opdracht om een voorstelling van de kerkgang in Staphorst te schilderen voor een album met meer dan 200 kunstwerken, geschonken aan de koningin namens het Nederlandse volk.
In Laren speelde Van der Tonge een actieve rol in de kunstenaarsgemeenschap. In 1903 behoorde hij samen met onder anderen Emanuël van Beever, André Broedelet, Henk de Court Onderwater, Franz Deutmann en August Le Gras tot de oprichters van de schildersclub "De Tien". Ook stond hij in 1913, samen met kunstenaars als Ferdinand Hart Nibbrig en Willy Sluiter, aan de wieg van de jaarlijkse tentoonstellingen in hotel/kunstzaal Hamdorff.
Lammert van der Tonge overleed op 66-jarige leeftijd en werd begraven op de Joodse begraafplaats in Muiderberg. In Laren werd ter ere van hem de Van der Tongelaan naar hem vernoemd.