Twee vazen met bloemen en een portret 1900 - 1950
Coba Ritsema
OlieverfVerf
55 ⨯ 45 cm
ConditionExcellent
Prijs op aanvraag
Kunsthandel Pygmalion
- Over kunstwerkCoba Ritsema (1876-1961) belonged to the group of female painters called the 'Joffers', meaning the 'Young ladies'. They were the first female pupils of the academy of art in Amsterdam in the 19th century. It has been said that Coba Ritsema was painting with her elegant hat on. This did not stop her using a firm, man-like brushstroke. This painting (oil on canvas. Signed lower right) is a good example of her no-nonsense attitude.
She won several art prices. In 1900 she won the Willink van Collen Price, in 1918 she won the Gold Arti Medal and on the World Exhibition of 1937 she was awarded with the Prix d'honneur. - Over kunstenaar
Coba Ritsema -Jacoba Johanna Ritsema was een 19e eeuwse portretschilder uit de Noordelijke Nederlanden.
Jacoba, of Coba, werd in 1876 geboren als dochter van de boekdrukker Coenraad Ritsema en zijn vrouw Jeanette (Jannetje) Moulijn in een artistiek gezin met een zus en twee broers. In haar familie waren al enkele bekende kunstenaars: haar grootvader Jacob Ritsema was amateurschilder, haar vader was lithograaf en de schilder en etser Simon Moulijn was een neef van haar moeder.
Zij was in haar opleiding leerling van August Allebé, George Hendrik Breitner, Carel Lodewijk Dake, Fredrik Theodorus Grabijn, Jacob Ritsema (haar broer), Thérèse Schwartze en Nicolaas van der Waay.Na een korte verhuizing naar Haarlem verhuisde Coba in 1899 naar een huis aan de Jan Luykenstraat 23 in Amsterdam, terwijl ze haar atelier had op de vierde verdieping van Singel 512. Ze richtte zich op de stillevenstijl en werd afgewezen door een aantal beroemde kunstenaars die ze als docent in gedachten had - ze dachten dat ze de begeleiding van Ritsema niet nodig hadden. Ze was lid van de Lucasvereniging en Arti et Amicitiae (waar ze een van de eerste vrouwelijke stemgerechtigde leden was), verenigingen rond haar voorbeeld Thérèse Schwartze. Erkenning zou echter volgen: in 1910 won ze de bronzen medaille op de Expositie Universelle et Internationale in Brussel, in 1912 en in 1923 won ze een zilveren medaille van de stad Amsterdam, en in 1918 won ze een Koninklijke medaille die haar door koningin Wilhelmina was gegeven. In 1912 noemde de criticus Albert Plasschaert de vriendenkring waarvan Ritsema deel uitmaakte de Amsterdamsche Joffers - een groep jonge rijke vrouwelijke kunstenaars die veel samenwerkten en een gezamenlijke visie op kunst hadden. Ze werd docent van de studenten Grada Jacoba Wilhelmina Boks, Lize Duyvis, Jan den Hengst, Tine Honig, Coba Surie, Hillegonga Henriëtte Tellekamp, Victoire Wirix en Gonda Wulfse. Ze werd niet beschouwd als een expliciete feministe, maar tegelijkertijd als een voorbeeld van een onafhankelijke vrouw.
Terwijl ze zich richtte op stillevens en portretten, werden Ritsema's werken in 1947 door criticus Johan van Eikeren beschreven alsof ze door een man hadden kunnen worden gemaakt - iets wat in die jaren als een compliment werd beschouwd. Zijn werk was meestal goed verkocht, al was ze niet zo'n meester dat ze het zich kon veroorloven om compromissen te weigeren. In haar portretten is er een duidelijk verschil tussen die van haar verwanten en directe verbindingen, die nogal realistisch geschilderd zijn, en die van modellen - die meestal meer impressionistisch zijn.
Coba was close met haar broer Jacob, en toen hij in 1943 plotseling stierf, nam ze dat hard op - Jacob was immers ook een schilder, en ze raadpleegde hem veel over haar werk. In 1957 won ze de Rembrandtprijs, een prijs die eens in de vijf jaar door de stad Amsterdam wordt uitgereikt. Op oudere leeftijd bleef ze actief, hoewel haar atelier voor een vrouw op leeftijd als zijzelf niet gemakkelijk te bereiken was, omdat ze op de vierde verdieping zat - ze had stoelen op elke verdieping geplaatst om op elke verdieping te kunnen uitrusten terwijl ze klom. In haar laatste jaren woonde ze in Pro Sinecure aan de Amsterdamse Vondelstraat, waar ze in 1961 vanuit haar zwakke hart stierf.Ze was lid van de Pulchri Studio in Den Haag en van het Teekengenootschap Pictura. Werken van Ritsema zijn te zien in het Teylers Museum en Mesdag van Calcar, maar ze had ook een solotentoonstelling in het Frans Hals Museum.
Bent u geïnteresseerd om dit kunstwerk te kopen?
Artwork details
Related artworks
Carel Nicolaas Storm van 's Gravesande
Gezicht op Venetië1841 - 1924
Prijs op aanvraagKunsthandel Pygmalion
Raoul Hynckes
Riviergezicht met steigers (bij Kinderdijk, Nederland)1913 - 1924
Prijs op aanvraagKunsthandel Pygmalion
Carel Nicolaas Storm van 's Gravesande
Mijn atelier in Brussel1841 - 1924
Prijs op aanvraagKunsthandel Pygmalion
1 - 4 / 24- Gecureerd door
Gallerease Magazine
Tjitske Geertruida Maria van Hettinga Tromp
ACHTER HET HUIS1872 - 1962
Prijs op aanvraagGalerie Het Noorderlicht
1 - 4 / 24 Johann Loetz (Lötz) Witwe Klostermühle
Johann Loetz Witwe – Ausfuehrung 146 Titania vase – 19121910 - 1919
Prijs op aanvraagAntiques Emporium
Jan Sluijters
Moeder met twee kinderen in badkamer1900 - 1950
Prijs op aanvraagStudio 2000 Art Gallery
1 - 4 / 24- 1 - 4 / 24
Cornelis Stroo
Buitenrand van Amsterdam in de winter1860 - 1932
Prijs op aanvraagKunsthandel Pygmalion
1 - 4 / 12